800 miljoen!

Dit gigantische bedrag wordt door het Nederlandse bedrijfsleven opgehoest voor het ziekteverzuim als gevolg van stress. En dan hebben we het alleen over de loonkosten die doorbetaald moeten worden en nog niet eens over de kosten van productieverlies of van medische zorg.

Psychosociale belasting is de meest voorkomende beroepsziekte in Nederland en is vanaf 2012 explosief is gegroeid. Het blijkt een hardnekkige kwaal waar DE oplossing nog niet voor is gevonden. Je hoeft van ons dan ook geen tovermiddel te verwachten. Wel kunnen we, vanuit onze eigen praktijkervaring, een aantal nuttige tips geven. Laten we eens naar wat praktijkvoorbeelden kijken.

Merel: werkstress in het onderwijs
Merel werkt op een school waar de werkdruk erg hoog is. Daarnaast heeft ze een jong gezin en moet haar partner elke dag anderhalf uur reizen van en naar zijn werk. Merel wil haar werk niet kwijt, laat staan haar kinderen. Aan het eind van het traject zit Merel een stuk beter in haar vel en weet ze hoe ze toch meer ruimte voor zichzelf en haar gezin kan maken. Hoe heeft ze dat gedaan?

  • Ze heeft op school bij haar leidinggevende en collega’s aangegeven dat het haar teveel werd. En dat hielp! Wat bleek? Veel van haar collega’s gingen gebukt onder de hoge werkdruk. Er zijn een paar vergaderingen aan besteed, waarin ze met elkaar hebben gekeken hoe ze efficiënter kunnen werken, de taken praktischer kunnen verdelen en elkaar kunnen ondersteunen.
  • Merel is liever voor zichzelf: genoeg is genoeg, d.w.z. ze gaat op tijd naar huis, ze gaat niet meer in alles voor een 10, soms is een 7 ook voldoende, ze kijkt veel strenger naar wat bij haar hoort en wat bij een ander hoort en ze zegt vaker ‘nee’.
  • Bovendien plant in dat ze eens per week iets leuks gaat doen voor zichzelf: een avondje sauna, lunchen met een vriendin, naar de bioscoop. Iets waar ze vrolijk van wordt.

Peter: werkstress in het bedrijfsleven
Peter is een enthousiaste jongeman. Hij is getrouwd en zijn vrouw verwacht hun eerste kindje. Peter werkt bij een groot bedrijf, waar net voor de zoveelste keer is gereorganiseerd. Hij mag (voorlopig) blijven, maar weet niet of hij daar nu blij mee moet zijn, want hij heeft er een aantal extra taken bij gekregen en het is hem eigenlijk te veel. Maar hij durft niet naar zijn leidinggevende te stappen, want die is vooral bezig met zijn eigen carrière en wil dat zijn afdeling zo goed mogelijk presteert. Peter heeft er slapeloze nachten van, is vermoeid en is minder geconcentreerd aan het werk. Thuis is hij ook niet meer de opgewekte, enthousiaste Peter. Op aandringen van zijn vrouw neemt hij contact met mij op. Na wat praten komen we tot de conclusie dat het verstandiger is zijn leidinggevende niet op de hoogte te stellen van zijn probleem. En toch is Peter na acht gesprekken weer een stuk beter in balans. Hoe heeft hij dat gedaan?

  • Ondanks zijn vermoeidheid aan het eind van de dag, is hij weer drie keer per week gaan sporten i.p.v. achter de televisie hangen. Daar knapt hij van op en hij valt ‘s avonds makkelijker in slaap.
  • Tijdens de weekends doet Peter bewust dingen waar hij energie van krijgt i.p.v. een beetje rondhangen, computeren enz. Hij is eens met een vriend naar een concert gegaan, een dagje uit met zijn vrouw, lekker koken voor vrienden, kortom allerlei dingen waar hij vrolijk van wordt en waardoor hij niet constant blijft piekeren
  • Tijdens het werk neemt hij nu van tijd tot tijd een ‘adempauze’ (een paar keer diep in- en uitademen, dan een paar keer alle spieren aanspannen en weer ontspannen), soms loopt hij even over de afdeling, maakt een praatje met collega’s en in de pauze gaat hij een eindje wandelen
  • Hij is zich aan het oriënteren op andere mogelijkheden voor werk. En op mijn aanraden doet hij dat niet door uren achter de computer te kruipen en vacaturesites te bekijken, want daar word je niet gelukkig van. Hij maakt eens in de 14 dagen een netwerkafspraak om zich te oriënteren op andere mogelijkheden. De gesprekken geven hem energie en het gevoel dat hij niet vastzit in zijn huidige baan, dat er nog genoeg mogelijkheden voor hem zijn.

Bedrijfscultuur
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Asscher, wil de komende vier jaar samen met werkgevers en werknemers aandacht gaan besteden aan het voorkomen van ziekten ten gevolge van stress. Belangrijk hierbij is dat er een andere bedrijfscultuur kan ontstaan waarin onderwerpen als hoge werkdruk, omgang op de werkvloer bespreekbaar worden en dat iemand als Peter gewoon bij zijn leidinggevende kan aankloppen en hulp krijgt, ook van zijn collega’s.

< Terug